HOME / COLUMNS / De universiteit als anarchistisch bolwerk

COLUMNS / 18 maart 2015

De universiteit als anarchistisch bolwerk

“De universiteit is helemaal geen bedrijf. Dat moet ze ook niet willen worden. Het is juist goed dat de universiteit een beetje ongeorganiseerd is. Alleen dan kunnen nieuwe ideeën ontstaan.” Aan het woord is Alexander Rinnooy Kan, sprekend op de Universiteit van Amsterdam, nu zo’n acht jaar geleden. “Toegegeven” zo vervolgde Rinnooy Kan, “de Universiteit van Amsterdam excelleert daar wel in.” Met dat eerste heeft hij waarschijnlijk gelijk. Met dat tweede zeker niet. Als hoogleraar in Cambridge kan ik uit de eerste hand getuigen dat deze universiteit nog veel inefficiënter is. Ik schreef hier eerder over Cambridge. Harry Potter’s Zweinstein is een goed model voor een school in sprookjesland, maar voor een echte universiteit totaal ongeschikt. En toch gebruikt Cambridge het, en het moet gezegd, niet zonder succes.
Ik moest eraan denken toen Nederland afgelopen weken werd opgeschrikt door een heuse studentenopstand. Aan media aandacht geen gebrek. Er was welwillende belangstelling. Of die belangstelling voortkwam uit nostalgie of uit empathie valt moeilijk te bepalen. Voor wie de vinger een beetje aan de pols gehouden heeft, kwam de opstand niet onverwacht. Eerder had het medezeggenschapscircuit van de UvA de fusie van de beta-faculteiten al geblokkeerd. En ook op de VU rommelt het al een tijd. De situatie buiten Amsterdam kan ik moeilijker beoordelen, maar ook daar hebben bestuurders afgelopen weken waarschijnlijk minder geslapen.
De verleiding is groot om deze opstand te claimen voor deze of gene agenda. De eerlijkheid gebied te zeggen dat de inzet van de studenten enigszins onhelder blijft. Maar dat doet niet ter zake. Zoals altijd is de uiting van de onvrede belangrijker dan de inhoud van de eisen. Evenmin zullen de managers de universiteit de rug toe keren. Er blijven er teveel van, die te vaak vergaderen en die met hun regels de echte onderzoekers het leven zuur maken. Je kunt nu eenmaal niet zonder in een organisatie met tienduizenden studenten. Ze zullen ook allerlei rendementen blijven uitrekenen. Of heeft u een voorkeur voor maanstanden en graancirkels als sturingsinstrument? En ik mag hopen dat die universiteiten zullen blijven investeren in hun vastgoed. Een openluchtcollege niet onder alle weersomstandigheden een feest. Anders dan bij ROC’s is er bij universiteiten weinig mee misgegaan met vastgoed. En tegelijkertijd zullen die universiteiten een inefficiënte rotzooi blijven, precies zoals Rinnooy Kan heeft voorspeld.
De echte grief lijkt me dat grote groepen studenten zich door de universiteit verwaarloost voelen. Ze hebben het gevoel dat de universiteit niet echt om hen geeft. Kijk naar het succes van het projectonderwijs van de universiteit van Maastricht, waarmee het jarenlang in allerlei rankings op nummer één heeft gestaan. Kijk naar het succes van de University Colleges die her en der uit de grond schieten. Kijk naar het succes van het onlangs opgerichte Bachelors College van de TU Eindhoven. En kijk naar de Universiteit van Cambridge, het summum van inefficiency. Waarom werkt het daar? Omdat studenten trots zijn dat ze op Cambridge worden toegelaten, omdat ze trots zijn als ze op Cambridge een cum laude halen (dat telt ook aan voor hun carrière: anders dan Nederlandse werkgevers geven Engelsen wel om cijfers), omdat ze lid zijn van een college, en omdat Cambridge er alles aan doet om die studenten ook echt te laten studeren.
Dan kom ik eerlijk gezegd bij de politiek. Op de basisschool en het middelbaar onderwijs zijn staf studenten ratios de afgelopen 20 jaar opgelopen. In het hoger onderwijs zijn ze juist gedaald. We raken niet uitgepraat over de kenniseconomie maar we hebben er geen geld voor over? Het gaat mijn pet te boven.

Download column

2 REACTIES

  1. Matt Nelissen - maart 24, 2015 om 1:02 pm

    Geachte heer Teulings,
    Ik lees uw columns meestal met veel belangstelling en geniet van uw observaties. De conclusie in uw column “De universiteit als anarchistisch bolwerk” roept bij mij echter een vraag op.
    In uw betoog stelt u dat inefficiency inherent is aan een universitaire gemeenschap. Het is immers geen bedrijf. De politiek moet “die inefficiënte rotzooi” maar voor lief nemen en geld beschikbaar stellen. Ze heeft de kenniseconomie immers hoog in het vaandel staan.
    Echter enkel meer geld beschikbaar stellen, lijkt me wat kort door de bocht; ook al stelt u dat er bij universiteiten weinig mis is gegaan met vastgoed. Claimen bij de politiek van meer financiële middelen, en ook een verantwoorde besteding, zou zeer gebaat zijn bij een aansprekend beeld van een bloeiende academische gemeenschap. Wat mij verbaasd in de discussies is dat en dergelijk beeld vrijwel ontbreekt.
    Inefficiency is in uw betoog geen belemmering voor een excellente academische gemeenschap en u illustreert dat met het voorbeeld van Cambridge. De focus op efficiency is daarom een verkeerde. En terecht, want ook op andere plekken blijkt dat een eenzijdige gerichtheid op efficiency, langzaamaan de ziel uit een organisatie knijpt. Als voorbeeld van wat het dan wél zou moeten zijn, wijst u op het succes van de University Colleges en op de Universiteit van Cambridge. Cambridge waar blijkbaar zorg en aandacht is voor studenten. Waar studenten er trots op zijn dat ze er worden toegelaten, dat ze er een cum laude halen, dat ze lid zijn van een college en waar de universiteit er alles aan doet om de studenten ook echt te laten studeren.
    Wat mij verbaasd is dat het in de discussies, het publieke debat, hier niet of nauwelijks over gaat. Het gaat opvallend veel over wat er niét moet. Minder managers, minder arrogante bestuurders, minder hiërarchie en minder “rendementsdenken”. In mijn optiek is het een serieus manco dat er geen beeld is over wat het dan wél moet zijn. In het gesprek met studenten en docenten dreig je dan niet verder te komen dan het sluiten van povere compromissen en het gesprek met de politiek komt niet boven het huidige, banale niveau van zoveel mogelijk diploma’s tegen zo weinig mogelijk kosten.
    Hoe komt het toch dat de UvA er niet in slaagt om een beeld van een excellente academische gemeenschap, een soort Zweinstein, over het voetlicht te krijgen? I

    Beantwoorden
    • Coen Teulings - maart 25, 2015 om 3:33 pm

      Geachte heer Nelissen,
      Mijn pleidooi is niet dat de politiek alles van de universiteit maar voor lief moet nemen. Iedereen wordt afgerekend, de universiteiten dus ook. De samenleving moet echter niet vragen dat de universiteit er uit moet gaan zien als een bedrijf. Een beetje inefficiency is onvermijdelijk wil de universiteit zijn cultuur als vrijplaats voor nieuwe ideeen kunnen handhaven. Als u mijn column over Harry Potter naleest dan vindt u daar een interessante anecdote over van Martin Rees, die spreekt boekdelen. Er zullen op de universiteit gewoon managers blijven rondlopen, en wetenschappers zullen zich daaraan blijven ergeren, dat is allebei maar goed ook.
      Mijn pleidooi voor meer geld is geen vrijbrief. Iedereen wil meer geld. Het is de nuchtere constatering dat de staf/leerlingen ratio’s bij het mo en het lo zijn gestegen en die bij de universiteit is gedaald. Ik denk dat dat een deel is van de verklaring voor de toenemende onvrede. Universiteiten zijn echt cruciaal voor de toekomst van ons land.
      Met vriendelijke groet,
      Coen Teulings

      Beantwoorden

REAGEER